De Commissie Gelijke Behandeling heeft zich gebogen over de vraag of bijzondere scholen wel mogen discrimineren op basis van geloof. Het antwoord is bevestigend. In 2007 werd een moslima een stage geweigerd op het Petrus Canisius College, een katholieke school in Alkmaar. De school had weliswaar geen moeite met moslims, zolang zij maar niet de uiterlijke kenmerken van hun geloof dragen.
Volgens de Commissie Gelijke Behandeling is er inderdaad sprake van discriminatie op basis van geloof, maar voor bijzondere scholen is in een wet een uitzondering gemaakt. Wel vindt de commissie dat de school aan potentiële stagiaires en docenten beter duidelijk moet maken dat hoofddoeken niet zijn toegestaan.
Eerder, in 2006, was er behoorlijk wat beroering over een uitspraak van de CGB. Deze oordeelde namelijk dat een Marokkaanse docente die na een zomervakantie besloten had dat ze om geloofsredenen niemand op haar school meer een hand wilde geven, haar gang kon gaan. Jan Blokker fronste zijn wenkbrauwen: “Het is toch net zoiets als wanneer een manlijke leraar van de ene dag op de andere met een peniskoker z'n klas in zou komen omdat hij toevallig een Papoea-achtergrond heeft en ineens het contact wilde herstellen met de vruchtbaarheidsgoden van zijn oude cultuur.”
